Historie

Zelf je eigen melk kunnen verwerken en afzetten. Dat ideaal stond Jan en Jannie Boeijenk voor ogen toen ze in 1969 de Harmienehoeve overnamen. Door met een eigen kaasmakerij te beginnen, zetten ze een voor die tijd unieke stap die het nodige stof deed opwaaien. "Eigenlijk was het een beetje een gok", meent Janny Boeijenk, terugdenkend aan die tijd. "Wat wij deden, dat deed toen nog niemand." De gok plakte goed uit. De Harmienehoeve groeide uit tot een druk bezochte kaasboerderij met herberg.

Harmiene was de naam van een betovergrootmoeder van Jan, die in de Franse tijd er in slaagde het landgoed Roerdink bij elkaar te houden. Pas veel later viel Raort toch in stukken uiteen. Daaruit kwam onder meer landgoed de Kulver Heide voort, dat oorspronkelijk voor het grootste deel uit woeste gronden bestond. Na de Markeverdeling (rond 1850) kwam het in eigendom van Roerdink. De Kulver Heide werd in de loop der jaren ontgonnen, maar voor een deel weer met naaldhout (voor houtproductie en jacht) ingeplant. In 1939 werd de Harmienehoeve gebouwd, waar behalve het bos ook cultuurgrond bij hoorde. De ouders van Jan begonnen er een gemengd bedrijf met koeien, varkens, kippen en akkerbouw.

Nieuwe koers

De melk werd geleverd aan de toenmalige Winterswijkse Coöperatieve Zuivelfabriek (Wincoz). Toen Jan echter het roer van zijn ouders overnam, koos hij voor een radicaal andere koers. Hij wilde heel graag de eigen melk zelf kunnen verwerken en niet afhankelijk zijn van de fabriek. Kaas maken was een soort hobby voor hem. Als zuivelproduct heeft kaas, anders dan producten als Yoghurt en karnemelk, het grote voordeel dat je het gedurende langere tijd kunt bewaren. Sterker nog: menigeen is zelfs liefhebber van wat oudere, belegen kaas. Bewust is er niet gekozen voor een ander product erbij omdat dat anders veel te arbeidsintensief zou worden. Jan en Janny gingen hun kaas rechtstreeks aan winkels leveren en gingen met een stand met hun diverse soorten kaas op braderieën en speciale markten staan. Ook begonnen ze een eigen winkeltje op de boerderij. Hier worden, behalve de eigen kaas, ook zuivelproducten van andere bedrijven aangeboden. Het duurde dan ook niet lang, of de Harmienehoeve werd een druk bezocht excursiedoel. Groepen van allerlei pluimages uit Nederland en Duitsland kwamen en komen er kijken hoe kaas gemaakt wordt.



Herberg

Om al die gasten wat meer comfort te bieden werd in 1973 de deel met de koeienstal tot herberg verbouwd. "Het jaar daarvoor was er een hele zware storm, waarbij in ons bos heel veel bomen zijn omgewaaid. Dat hout is er toen uitgesleept en gebruikt om de stal mee te bouwen", vertelt Janny. Tegelijkertijd verrees een nieuwe ligboxenstal met buitenvoedering voor de koeien. De herinnering aan de laatste bewoners van de oude koeienstal is nog altijd tastbaar in de herberg. Hun namen - zoals Hilda 6, Anna 2, Vonny 3 en Doortje 98 - staan op de balken geschreven, waaronder zij in de winter stonden. Waren het in de beginjaren een dikke twintig, tegenwoordig lopen er op de Harmienehoeve circa veertig melkkoeien rond.


Het bedrijf ligt in een prachtig natuurgebied. Er is volop mogelijkheid om er te fietsen en te wandelen. Daarom is een bezoek aan de 'Harmienehoeve' heel goed te combineren met een fietstocht of wandeling door de mooie en rustige omgeving van Winterswijk. Arrangementen voor een dagtocht zijn mogelijk. We beschikken over ruime parkeergelegenheid.